Veel Nederlanders trekken in de winter massaal naar de ski-oorden om daar hun favoriete wintersport te beoefenen. Zo heb je mensen die van de pistes afskiën, maar je hebt ook mensen die liever hun snowboard pakken. Daarnaast heb je ook het langlaufen, een andere wintersport, of kun je ervoor kiezen om juist naar de bevroren meren te gaan. Hier kun je namelijk gaan ijshockeyen. Ook is schansspringen een populaire wintersport. Wij leggen deze vier wintersporten voor je uit en waarom het zo leuk is.
1. Skiën
Als je aan een wintersport denkt, denk je waarschijnlijk meteen aan skiën. Skiën is namelijk een van de populairste wintersporten die zowel recreatief als professioneel kan worden uitgevoerd. Veel mensen zijn dol op deze wintersport; je kunt op een leuke, actieve manier de wintergebieden ontdekken en je krijgt er een echte adrenalinekick van. Bovendien kun je ook veel ski-routes volgen, zodat je meerdere kilometers achter elkaar kunt skiën. Voor het skiën heb je natuurlijk ski’s nodig, maar ook een helm, wintersportkleding en een skibril. Ook is enige ervaring niet geheel onbelangrijk voordat je de pistes betreedt. Je moet namelijk wel weten hoe je moet stoppen, vaart moet maken en hoe je in de liften moet stappen.
Veel mensen vragen zich af wat het verschil is met skiën en snowboarden. Bij snowboarden zitten beide voeten vast aan het snowboard en in plaats van dat je met een recht lichaam naar beneden gaat, houd je je lichaam iets gedraaid. De voeten wijzen namelijk naar de zijkant, terwijl je met je hoofd wijst naar de piste. Net zoals skiën is snowboarden een populaire sport die door veel mensen wordt uitgeoefend. Ook bij snowboarden is het belangrijk dat je de techniek onder controle hebt: zo moet je weten hoe je moet stoppen en vaart moet maken. Vooral het maken van bochten vergt veel oefening bij het snowboarden. Het is daarom een tip om vooraf lessen te nemen als je nog nooit op een snowboard hebt gestaan.
2. Langlaufen
Je kunt ook op de pistes gaan langlaufen. Bij langlaufen wandel je als het ware door de sneeuw, in plaats van dat je over het sneeuw glijdt wat bij skiën wel het geval is. Je zet stappen met speciale langlaufski’s, die spitser zijn dan de gewone ski’s. Langlaufen is zeer intensief, aangezien je zelf de stappen moet zetten om vooruit te kunnen komen. En dat terwijl er een dik pak met sneeuw ligt!
3. IJshockey
In plaats van te gaan sporten op de bergen, kun je ook gaan sporten op het ijs. Zo is ijshockey een populaire wintersport die je met een team moet uitvoeren. Je kunt het zien als hockey op het ijs, maar de regels verschillen wel hier en daar. Zo maak je natuurlijk op het ijs veel meer vaart, evenals de puck. Bovendien is bij ijshockey lichamelijk contact met de tegenstander ook toegestaan. Daarnaast mag je ook vanaf ieder punt een doelpunt zien te maken.
4. Schansspringen
Ook een wintersport waarbij je op twee ski’s staat, maar in plaats van dat je bochtjes maakt op een berg, ga je bij schansspringen met een enorme snelheid van een schans naar beneden. De schansspringer hoopt hierbij een zo groot mogelijke afstand af te leggen van de sprong naar de grond. Om te kunnen schansspringen, moet je eerst veel oefenen.
Veelgestelde vagen over verschillende wintersporten
Skiën maakt gebruik van twee aparte ski’s aan elke voet, terwijl snowboarden één enkel snowboard gebruikt voor beide voeten.
Bij langlaufen wordt de nadruk gelegd op langdurige glijbewegingen op vlak terrein, terwijl alpineskiën zich richt op afdalen op hellingen.
IJshockey vereist specifieke uitrusting, waaronder schaatsen, een helm, handschoenen, en een stick, naast beschermende kleding.
Begin met het huren van schaatsen en oefen op een ijsbaan met een balustrade om je vast te houden. Neem lessen als dat mogelijk is.
Langlaufen verbetert de cardiovasculaire gezondheid, versterkt spieren, verbrandt calorieën en is een uitstekende volledige lichaamstraining.
Populaire skigebieden in de Alpen zijn onder andere de Franse Alpen (Chamonix, Courchevel), de Oostenrijkse Alpen (St. Anton, Kitzbühel) en de Zwitserse Alpen (Zermatt, Verbier).
Neem snowboardlessen, oefen regelmatig op verschillende terreinen en leer nieuwe technieken zoals carving en freestyle.
IJshockey ontstond in Canada in de late 19e eeuw en verspreidde zich snel naar andere delen van de wereld.
De keuze hangt af van je persoonlijke voorkeur. Kunstschaatsen legt de nadruk op elegantie en choreografie, terwijl ijshockey meer gericht is op snelheid en fysieke contacten. Kies de sport die het beste bij je past.
Controleer de ijsdikte, draag warme kleding, zorg voor een ijsstok of touw voor noodgevallen, en schaats alleen op ijs dat als veilig is beoordeeld door lokale autoriteiten. Veiligheid staat voorop bij natuurlijk ijs.