Basketbal is een bekende sport, vooral in Amerika is het erg populair. Maar hoe werkt de sport nu precies? Het enige wat je weet is dat de bal in de basket gegooid moet worden. Er schuilt natuurlijk meer onder deze sport. Er zijn talloze regels aan basketbal verbonden.
De belangrijkste regels op een rijtje
Basketbal speel je met twee teams van beide vijf spelers, bij de vijf spelers hoort natuurlijk een coach en eventueel een assistent coach. Basketballers mogen alleen maar de bal aanraken met hun handen en dus niet met hun voeten. Ze mogen niet lopen met de bal behalve als je dribbelt; dribbelen is de bal stuiteren en ondertussen lopen. Tijdens een aanval heeft de ploeg maar acht seconden de tijd om de middellijn te passeren. De basketballers kunnen tijdens de wedstrijd fouten maken. Bijvoorbeeld als de persoon niet dribbelt tijdens het lopen is dat een fout. Na vier fouten moet de speler het veld verlaten en kan hij of zij niet meer terug het veld in om weer mee te spelen aan de wedstrijd. Een basketbalwedstrijd bestaat uit vier blokken van tien minuten. Tussen de tweede en het derde blok is er een pauze van een kwartier. Na de andere blokken duurt de pauze twee minuten. Is de stand gelijk na de vier gespeelde blokken? Dan komt er een verlenging van vijf minuten.
De puntentelling
Bij basketbal heb je een andere puntentelling dan bij de meeste sporten. Waar je bij de meeste sporten gewoon een punt krijgt, krijg je bij basketbal drie punten. Als je bij basketbal achter de driepuntslijn staat en in de basket gooit krijg je drie punten. Als je een normale worp erin gooit krijg je twee punten en bij een vrijworp krijg je maar een puntje. Het team met de meeste punten wint het spel. Zo makkelijk kan basketbal zijn. 😉
